Kinkaku-ji
Wij, mijn twee kinderen en ik, zijn op rondreis door Japan. Geen roadtrip maar een ‘Shinkansentrip’. Elders op deze site kan je dat verhaal lezen. Het is midden juli en het is enorm heet in Japan. Iets om rekening mee te houden wanneer je zelf wilt gaan. Ook zijn er in de zomer hordes vervelende muggen die je achtervolgen in de hoop je te kunnen steken. Dit is ab-so-luut geen reden om niet te gaan, hier kan je je tenslotte tegen wapenen. Japan is fantastisch! Het land is zo vreselijk mooi en er is onwijs veel te zien, de mensen zijn aardig en het eten is verrukkelijk. Je wilt gewoon niet meer naar huis kan ik je verzekeren. Vandaag gaan we naar Kinkaku-ji. Kom mee, dan laat ik het je zien.
Kinkaku-ji, wat is het
Kinkaku-ji tempel of het Gouden Paviljoen is prachtig. Oké, een beetje flauw om alleen dat te vertellen over wat het is. Maar het is wel waar. Eigenlijk hoef je er niets over te weten en er alleen maar rond te lopen in opperste verbazing. Kijk maar.
Niets te veel gezegd toch? De tempel is nu een Zen tempel. De twee bovenste verdiepingen zijn helemaal met bladgoud bedekt. Het staat aan de rand van een meer omringd met de mooiste bomen.
Ooit werd het gebouwd in 1398 voor een shogun (Japans opperbevelhebber), die hier na zijn pensioen zou gaan wonen. Bij testament bepaalde deze shogun dat het complex na zijn dood een Zen tempel moest worden. Hij overleed in 1408.
Vroeger was het een veel groter complex. Helaas door diverse branden zijn er een aantal gebouwen verwoest. Ze werden niet allemaal herbouwd, dit is als enige overgebleven.
Het gebouw zoals het er nu staat is uit 1955. In 1950 werd het in brand gestoken door een fanatieke monnik, die het ongetwijfeld ergens niet mee eens zal zijn geweest, of heel erg in de war was.
Het is fantastisch om over het terrein te dwalen, er is nog van alles te zien. De tempel is helaas niet open voor publiek.
Kinkaku-ji, waar is het
Kinkaku-ji ligt ten noordwesten van Kyoto. Wij verblijven een aantal dagen in Kyoto en maken een dagtrip naar Kinkaku-ji. Prima te combineren met het bamboebos van Arashiyama waar we eerst heen zijn geweest. Wij zijn met de trein gegaan maar er rijden ook bussen, taxi’s en je kan zelfs op de fiets gaan mocht je dat willen. Wij vonden het echt veel te warm voor dat soort inspanning.
Al wandelend kom je langs de Anmintaku vijver. Daarin is een klein eiland met een kleine stenen pagode met vijf verdiepingen.
Terug in Kyoto doken wij een zaak in waar je allerlei Matcha heerlijkheden kan drinken en eten. Daar waren we wel aan toe. En omdat ik het niet laten kan om ook al het veel te lekkere eten in Japan te laten zien, voeg ik tot slot wat foto’s van al dit lekkers. Echt, alleen al voor het eten zou je naar Japan willen.
